'Wil je mij in één zin nog eens uitleggen waar je onderzoek over gaat?', vraagt een collega mij. Hij gaat binnenkort promoveren en wil een paar woorden schenken aan lopende onderzoeken binnen de academie. Ik stamel... Ik ben aanbeland in het deel waarin je kan verzanden in je eigen onderzoek door je eigen fascinaties. Wat wil ik nou eigenlijk weten en wat ben ik in de tussentijd al te weten gekomen?
Het stemgeluid dat je produceert heeft te maken met de anatomie en de fysiologie van je stemapparaat. Langere stembanden geven een lager geluid en een onvolledige sluiting van de stembanden maken dat je met lucht spreekt. Je stemgeluid is ook een reflectie van je karakter, of je gemoedstoestand. Een lager volume kan gebruikt worden om een bepaalde bescheidenheid te willen uitdragen en een groter volume kan juist voor overtuigingskracht zorgen. Aan de basis staat je moedertaal en misschien ook de taal van je vader, of het land waar je opgroeit. Later, omdat het op school gevraagd wordt, of omdat je de taal van je nieuwe liefde wil leren verdiep je je in een nieuwe taal. Dat klinkt uit je eigen mond anders dan de 'oertaal' die je vanaf de dag dat je je eerste woorden spreekt leert. Een neuroloog legde mij uit dat een nieuwe taal in een ander deel van je hersenen ontwikkelt dan de ta(a)(len) die een dreumes leert. Hier zou ik me nog iets verder in moeten verdiepen om uit te zoeken of dit ook een invloed kan hebben op verandering van stemgeluid in de nieuwe taal. Gebeurt dat wanneer andere hersendelen geactiveerd worden?
Eerder sprak ik al over de invloed van gêne op het spreken van een nieuwe taal. Spreek je tegen een publiek wiens moedertaal jouw nieuwe taal is, dan krijgt dit een andere lading als we allemaal in een nieuwe taal spreken. Als denkoefening heb ik een blok lang met studenten elke week poëzie voorgedragen in talen die niemand van ons spreekt. Na een oproep op sociale media heb ik inmiddels een kleine bibliotheek verzameld van Russische, Poolse, Turkse, Zweedse, Spaanse, Italiaanse, Japanse enz.. gedichten waar ik een vertaling van heb in het Nederlands of Engels.
De studenten krijgen het gedicht in de originele taal.
Opdracht 1:
- Lees het gedicht hardop voor aan je publiek. Probeer alle woorden volledig uit te klinken, richt ze tot je publiek en vul de ruimte. Niemand van ons kent de juiste uitspraak. Die mag je dus zelf kiezen, maar wel zonder twijfel.
In deze eerste opdracht kwamen we met een aantal constateringen:
- Sommige talen geven we een dieper stemgeluid mee.
- Als de uitspraak heel lastig is voor onze spieren, gaat het stemgeluid vaker juist omhoog.
- Elke taal heeft zijn eigen muzikaliteit. Misschien komen we tot deze opmerking doordat we met poëzie werkten. Poëzie kent natuurlijk heel vaak een eigen vorm van muzikaliteit.
- Op het moment dat iemand in het publiek de taal wel spreekt, is de opdracht lastiger en wordt men meer bescheiden.
- Je gaat zorgvuldiger met de uitspraak van een onbekende taal om dan met je eigen taal. Daar laat je sneller klinkers weg, of laat je het einde van de zinnen wat weglopen. Studenten waren behoorlijk precies in hun dictie (ongeacht of het de juiste uitspraak blijkt te zijn).
Opdracht 2:
- Lees de vertaling van je gedicht voor jezelf door. Lees nu nog eens de originele versie voor het publiek voor. Het publiek krijgt de vraag intenties waar te nemen welke besloten liggen onder te tekst.
Constateringen:
- Hoewel we de taal niet verstaan, kan het publiek een verloop van een gedicht beschrijven.
- Emoties die doorklinken kunnen benoemd worden.
- Het publiek is vaak in staat eigen beelden bij de klanken/ woorden te maken.
- Soms was dit heel lastig. Ook omdat de spreker nu met 2 opdrachten tegelijk bezig was. Uitspraak van een vreemde taal + verklinken van de inhoud van het gedicht.
Opdracht 3:
- Lees het gedicht in de vertaling voor het publiek voor.
Constateringen:
- Soms bleek de inhoud echt heel verschillend te zijn, maar konden we de associaties wel heel goed begrijpen.
- Soms vielen associaties en betekenis van het gedicht samen.
- Vaak vonden we het gedicht in de originele taal veel interessanter. Waarschijnlijk een gevolg van de ontstane muzikaliteit en de klanken die die taal bezit.
- Er blijft ook veel over wat je als publiek wel voelt, of meemaakt, maar heel lastig onder woorden te brengen is.
- Combinaties van taal, klank en ritme zorgen voor een specifieke sfeer.
Het waren hele interessante lessen, omdat niemand meer bezig was met het 'goed' doen. We leerden over verschillende talen, uitspraak, poëzie, emoties en deelden onze zoektocht, maar zonder gêne, omdat we allemaal gelijk waren in dit proces. Het doet me ook denken aan stembevrijdingsoefeningen. in het begin heel ongemakkelijk, want je maakt maar zomaar wat klanken. Uiteindelijk letterlijk heel bevrijdend, want het is enkel jouw stemgeluid, los van taal, los van muziek en dus nooit vals. We zouden onszelf een minder strenge blik mogen gunnen op he geluid dat we produceren.
Steeds dichter kom ik tot bij dat wat ik echt wil weten. Ik wil die vrijheid kunnen vinden bij mezelf en bij de ander, wanneer we in een voor ons 'nieuwe' taal spreken. Ik zou graag hebben dat je als spreker je eigen stemgeluid herkent vanuit je moedertaal. En vaak, dat schreef ik al eerder, spelen cultuurverschillen daarin een rol. Hoe geef ik de cultuur van de moedertaal en de cultuur van de nieuwe taal de juiste ruimte. degene die ze verbindt is de spreker. Die moet wat mij betreft zijn authenticiteit behouden in de nieuwe taal.
In één zin...
Wat is er nodig om als spreker je authenticiteit (stemgeluid en expressie) te waarborgen bij het klinken in een nieuwe taal?

Commentaires